27.3.11

De l'eau

wa'ter, o. (-s, -en), 1. de meest algemene, over de gehele aarde verbreide vloeistof die, als zij zuiver is, geen kleur, reuk of smaak heeft en welker moleculen uit 2 atomen waterstof en 1 atoom zuurstof bestaan (H2O) fris, helder, klaar water; water uit de bron, de pomp, de zee; een emmer, een glas, een druppel water; water om te drinken, te koken, te wassen; zuiver, gedestilleerd water; - hard water

Dit is de definitie die onze Dikke van Dale geeft van water. Ik vind dit al prachtig, maar heb er zelf nog zo veel meer definities en associaties bij. Ten eerste kan je er op drijven of varen, je kan er in verdrinken of verslikken. Water zal altijd zijn weg naar beneden vinden. En als het ergens vastloopt verzamelt en vestigt het zich. De kringloop van het water beïnvloedt alles, het water komt werkelijk overal: in de lucht, onder de grond, in bomen en andere levende dingen. Water is oersterk, kijk maar naar de kusten. Een druppel water kan al schade aanrichten, zowel fysiek als psychisch.

Wat is er nou fantastischer dan de zee. Een enorme massa water, oneindig, verder dan wij kunnen zien, veel verder. En wat een leven! Zelfs op plekken waar geen zon bestaat, want zo dik is water. Het is zo dik en zo zwaar dat mensen niet heel diep in het water kunnen zonder een speciale bescherming. Het is zo dik en zo zwaar dat mensen op een gegeven moment helemaal niet meer dieper kunnen, ook niet met bescherming. Dan verpletterd het water alles, behalve de wezens die daar leven. Hoe kan dat, als mensen voor het grootste deel zelf uit water bestaan?

Water is onze maatstaf. De liter, die precies een kilo weegt als het van water is. De graden Celcius, waar het water bevroren is onder het nulpunt en kookt boven het honderdpunt.
Water komt uit onze kranen en douches. Het komt ook uit de lucht, en uit de grond. Het zit ín de lucht. Gelukkig worden we daar niet de hele tijd drijfnat van. Maar toch gek, dat wij de zuurstof uit de lucht kunnen halen, maar niet uit het water. Dat zou ik wel willen, onderwater kunnen ademen en er zo lang blijven als ik wil. Maar het verstikkende is ook weer zo kenmerkend aan water. Ik heb jaren in en onder het water geleefd, maar heb nooit echt geleerd hoe je er moet ademen.

26.3.11

Kronkels

Het is prachtig, heerlijk weer en het is tentamenweek. Als het waar is dat je 300kcal per uur verbrandt met intensief lezen moet ik deze week kilo's zijn afgevallen. In een poging mijn gedachten duidelijk te maken zal ik ze opschrijven in combinatie met de stukken tekst die erbij horen. Of andersom. Uiteraard heb ik de leukste stukjes geselecteerd.

Op het moment lees ik Kierkegaard, De Ziekte tot de Dood.
De mens is geest. Maar wat is geest? Geest is het zelf. Maar wat is het zelf? Het zelf is een verhouding die zich verhoudt tot zichzelf, het is in de verhouding het feit dat de verhouding zich tot zichzelf verhoudt. Het zelf is de verhouding niet, maar het feit dat de verhouding zich tot zichzelf verhoudt.
Goed, tot zover te begrijpen: het zelf is de verhouding die zich tot de verhouding verhoudt. Geloof ik.
In de verhouding tussen twee is de verhouding zelf de derde als negatieve eenheid, en de twee verhouden zich tot de verhouding, en verhouden zich binnen de verhouding tot de verhouding.Zo is onder de bepaling ziel de verhouding tussen ziel en lichaam een verhouding.

Om iets begrijpelijker te maken waarom ik op dit punt even afhaak, afgezien van het late uur, hier een stukje Hegel, uit zijn Fenomenologie van de Geest.
Hiermee gebeurt voor het bewustzijn dat datgene, dat vroeger voor het bewustzijn het
opzichzelf was, niet opzichzelf is, ofwel dat het slechts voor het bewustzijn opzichzelf was. Doordat het bewustzijn dus bij zijn voorwerp zijn weten niet in overeenstemming daarmee vindt, houdt het voorwerp het zelf ook niet vol; ofwel de maatstaf van de toetsing wordt anders, wanneer datgene waarvan hij de maatstaf zou zijn, in de toetsing niet bestaat; en de toetsing is niet alleen een toetsing van het weten, maar ook van de maatstaf der toetsing.
Naar mijn gevoel wurmt Hegel zich hier in een hele nare kronkel. Om toch antwoord op de vraag van mijn tentamen te kunnen geven (want ja, helaas, die had betrekking op o.a. dit stuk tekst) heb ik de tekst als het ware geherformuleerd. Nu maar hopen dat ik dat op een goede manier heb gedaan.

Heel fijn was het om Adorno (Lectures on Negative Dialectics) te combineren met Hegel in het tentamen, bedankt daarvoor, tentamenschrijvers. Het stuk wat ook al, helaas, essentieel was voor mijn antwoord op de vraag was het volgende.
Now you may well say, this discrepancy is not necessarily a contradiction. But I believe that it offers us a first insight into the necessity of dialectal thinking. Any such predicative judgement that A is B, that A = B, contains a highly emphatic claim. It is implied, firstly, that A and B are truly identical. Their non-identity not only does not become manifest; if it does manifest itself, then according to the traditional rules of logic, predicative logic, that identity is disputed. Or else we say: the proposition A = B is self-contradictory because our experience and our perception tell us that A is not B. Thus because the forms of our logic practise this coercion on identity, whatever resists this coercion necessarily assumes the character of a contradiction.
Wat ik heb gedaan om dit op te lossen was het bovenste citaat als citaat in mijn tentamen te plakken en er op een interessante manier bij vertellen dat daar het antwoord ergens in te vinden moet zijn.

Nu heb ik er al een paar uur opzitten en ben ik een beetje doodgegaan vanbinnen, natuurlijk is het allemal reteinteressant en leer ik superveel. Ook al begrijp ik nog steeds niet hoe we volgens Hegel nou wat wel en niet kunnen kennen en helpt de kritiek van Adorno daarop daar ook niet bij, het is toch wel leuk. Ergens. Het liefst wil ik toch nog een poging doen de tekst van Kierkegaard verder te lezen, dus dat ga ik nu doen.
Adieu.

11.3.11

Het jubileum en de neus

Het is alweer een tijdje geleden sinds mijn laatste bericht. Maar dan heb ik ook eindelijk wat te vertellen! Om te beginnen was het een paar dagen geleden de zevende dag van maart, en precies een jaar geleden dat Jurre en ik officieel "verkirring" kregen. We hadden al eerder bedacht dat we dat wel wilden vieren met iets bijzonders. We kwamen zo op het idee om twee hangers te laten maken in de vorm van een apostrof, zoals ". De betekenis (die ik waarschijnlijk al aan iedereen heb uitgelegd die dit leest) komt van de aanhalingstekens die je voor het gemak opschrijft wanneer je voor de tweede keer een zin opschrijft. Zoals, en dan gebruik ik het typische Jurre-voorbeeld:

Je moeder is een vrouw.
" man.

En omdat wij graag hetzelfde tegen elkaar willen zeggen in sms'jes gebruiken we dit vaak. Vandaar het idee om er een sieraad van te laten maken. Dus wij naar Lyppens in Amsterdam met een ontwerpje. Supergoeie juwelier, maar ook behoorlijk duur. Als we echt een soort druppel ervan wilden maken zou het gegoten moeten worden en zo'n tweehonderdachtien euro per hanger kwijt zijn. Vonden wij net iets te veel.

Hangers1

Gewoon gezaagd en geslepen uit een zilveren plaat zou ongeveer honderd euro goedkoper zijn. Dat hadden we er wel voor over, maar we gingen toch nog even langs in Laren bij van Sprang. Daar waren ze zo'n vijfendertig euro per hanger. Vonden wij de moeite wel waard. Plus dat we ze dan een week later al konden ophalen, nog vóór ons jubileum. Dus vier maart, de vrijdag voor maandag de zevende hadden wij onze prachtstukjes. (klik op de foto voor een pop-up) Gelukkig zijn ze precies geworden zoals we ons hadden voorgesteld.

Zeven maart zelf zijn we uit eten gegaan in restaurant Open, op vijf minuten lopen afstand vanaf mijn huis in Amsterdam. Best sjiek, gebouwd in een oude spoorbrug boven het water. We hadden een deal voor €38,- van Groupon voor een drie-gangenmenu voor twee personen (i.p.v. €79,-). Heerlijk gegeten, lekker lang getafeld en genoten van het sjiekheidsgehalte. Jammer dat het normaal gesproken een beetje te duur is, anders zou ik het echt vaker doen!

Ook ga ik ons tweede jaar in met meer ruimte in mijn hoofd. Nee, dit is niet cryptisch bedoeld, ik heb gisteren een neusschelpverkleining gehad. Omdat ik bijna permanent last heb van een verstopte neus, allergisch ben voor stof en mijn neusslijmvliezen in de holtes van mijn hoofd gigantisch waren, kon ik deze laten verkleinen door middel van een operatietje. Dat is gisteren gedaan in het ziekenhuis van Hilversum. Om acht uur 's ochtends moest ik me melden op afdeling D2 Kort Verblijf. Ik kreeg bed zes toegewezen in kamer 211 die ik deelde met vijf andere bedden waarvan vier leeg waren. Om half negen werd ik al geroepen het coole blauwe ziekenhuis open rug ding kledingstuk aan te doen omdat er een OK klaar was. Ik werd weggereden in dat bed, wat al raar was op zich, en kwam in een kamer terecht waar ik eerst een infuus en een badmuts kreeg. Daarna de OK in, waar ik op een heel smal bedje moest liggen en vrijwel meteen een slaapmiddel toegediend kreeg. Binnen een paar seconden was ik weg, wat achteraf heel raar was, omdat ik geen laatste herinnering heb aan die kamer. Mijn geheugen lijkt gewoon te stoppen, maar ik weet niet precies waar. In elk geval, gelukkig werd ik weer wakker na ongeveer twintig minuten op de uitslaapzaal te hebben gelegen. De wereld was heel leuk op dat moment, en ik stond op het punt om te vragen of ik nog een keer onder narcose mocht. Iedereen was zo aardig! Maar toen vroeg de dokter eerst iets aan me, en dat was of ik me goed voelde. Ja hoor, ik vond het allemaal wel grappig. Alleen kon ik niet slikken. Even later, toen de wereld al een stuk minder grappig meer was, werd me verteld dat het verdovingsmiddel voor mijn neus cocaïne was en dat er waarschijnlijk een beetje in mijn keel terecht was gekomen waardoor die verdooft was.

Ziekenhuis infuus

De eerste keer high duurde voor mij dus maar tien minuten maar was wel leuk. Daarna was minder leuk, na ongeveer een uur op de zaal te hebben gelegen (en twee belletjes naar de afdeling omdat ze me vergeten waren op te halen) mocht ik terug. Mijn keel voelde ik weer. Hij was ruw van het beademingsbuisje (ik wist helemaal niet dat ik geïntubeerd ging worden) en van het ademen door mijn mond. Om de slijmvliezen te verkleinen zijn ze met een of ander instrument door mijn neus gegaan en hebben ze de zooi weggebrand. Dat geeft nogal een troep dus moest ik 24 uur enorme tampons in mijn neus hebben waardoor ik alleen door m'n mond kon ademen. En dat is kut!

Ziekenhuis5
Terug op de slaapzaal lukte het niet echt te slapen, want telkens als ik wegdommelde verslapte mijn tong en blokkeerde mijn keel waardoor ik weer wakker werd omdat er geen lucht doorheen kwam. Retevervelend.
Om drie uur (pas) begon het eerste bezoekuur, en mijn lief zorgde er natuurlijk voor dat hij geen seconde later was. Dus had ik heerlijke bonbons (die ik vandaag heb opgegeten omdat ik ze niet kon proeven) en een hele lieve kaart die mijn ziekenhuisnachtkastje compleet maakten. Het tweede bezoekuur, om half zeven werd gebruikt door ouders + zusje, wat ook heel fijn was. Wat kijk je als patiënt uit naar je bezoekers! De rest van de avond heb ik een beetjes suffend doorgebracht. Ik kreeg om de paar uur wel wat paracetamollen naar binnen gegoten maar verder werd er niet veel gecontroleerd. Het avondeten, om vijf uur al, bestond uit brood. En ik was al nuchter vanaf middernacht! Anyway, slapen lukte de hele nacht niet (om dezelfde reden waarom het overdag niet lukte). Om kwart over zeven 's ochtends, een eeuwigheid later, kwam er ontbijt en om half acht werd ik in ee rolstoel naar de KNO poli gereden in een rolstoel om die tampons uit mijn neus te halen. De arts-assistente van de operatie zette me in een andere stoel en heeft ze eruit getrokken. Toen zag ik pas dat ze langer waren dan mijn middelvingers (en even dik)! Ze maakte mijn gezicht een beetje schoon en het volgende wat ik weet is dat ik weer bijkwam. De assistende zei tegen de verpleegster van D2 dat ik "even was flauwgevallen, maar nu weer bijkwam". Huh? Oh vandaar dat alles zwart was. Het duurde nog een kwartier voor ik alles weer kon zien en de misselijkheid weg was. Het blijft een beetje vaag waarom dat nou gebeurde maar het schijnt vaker te gebeuren. De laatste keer dat ik flauwviel was in groep acht, maar ik kan me niet herinneren dat het zó naar was! Gelukkig was mij neus prima, nog ietwat dik, maar hij bloedde niet meer.
Nu ben ik gelukkig weer thuis en voel me wel okay, alleen nogal moe. Dus ik ga nu snel slapen.